zondag, augustus 21, 2005

Sneeuwstorm in Augustus

Het begon allemaal met een langspeelplaat. Iets uit het verleden dat ik gevonden had bij het opnieuw inruimen van de vernieuwde schuur. Het stond op een plankje, en eindelijk zou ik het meenemen als cadeau voor een vriend die nog historische apparaten in huis had. De achterkant was nat geweest. Dat was vreemd. De muur waar het tegenaan geleund had gestaan moest ook nat zijn geweest. Ook dat klopte niet: de schuur was net een maand oud. Als een bouwkundig detective liep ik mompelend naar buiten, met een trap in mijn handen. Dakonderzoek.

Het dak was onschuldig. Aan de buitenmuur ontbrak een plank, het gat listig verscholen in de paar centimeter ruimte tussen mijn schuur en die van de buurman. Aha. Dat gaatje is zo gevuld. Even opvullen met het wonderschuim en daar komt nooit meer vocht door. Ik stampte de trap af, greep mijn MP3 speler en haastte me naar de winkel, begeleid door hysterische gitaarmuziek. In de winkel koos ik de grootste bus, betaalde zo snel mogelijk en marcheerde weer naar buiten. De gitaren werden niet rustiger. Onderweg viel het spuitstuk ervan af. Achteraf gezien een voorteken.

Terug bij de schuur. Geheel volgens instructie schudde ik de bus een halve minuut fanatiek op en neer. Ik schroefde het spuitstuk op het ventiel, hield de bus ondersteboven, richtte het geheel en drukte op het ventiel. Niets. De gitaren in mijn oren leken nog harder te klinken. Nogmaals de instructie lezen, opnieuw de bus schudden, ondersteboven houden, het spuitstuk in het gat en nogmaals op het ventiel drukken. Het spuitstuk brak af.

Iedereen weet dat angst een slechte raadgever is, maar van ergernis word je niet veel wijzer. Redelijkheid had waarschijnlijk opgemerkt dat een ondeugdelijke spuit niet veel goeds voorspelde voor de rest. Ergernis lispelde alleen maar over te dure rommel. Die boodschap kwam goed door, ondanks het lawaai in mijn oren. De muziek ging uit, de gereedschapskist open, en het gerommel begon. De resten van het spuitstuk konden niet meer aan de bus worden vastgemaakt. Een stukje elektriciteitsbuis kon wel over het ventiel geschoven worden, maar daarmee kwam er nog geen schuim uit. Als ik nou eens een spijker in dat verdomde ventiel ramde?

Niets. Nog steeds niets. En die spijker zat muurvast. Ik greep een tang uit de kist, rukte de spijker er uit, en veroorzaakte een sneeuwstorm in de schuur. Ik vluchtte naar buiten, waar de fontein hoog opspoot. Tussen de vallende vlokken sprintte ik naar de vuilnisbak om daar het ding onschadelijk te maken. Het plafond, de bomen, de planten en mijn MP3 speler waren bezaaid met kleverige, uitdijende vlokken.